HOME.jpg ALBUMS.jpg LYRICS.jpg ARTICLES.jpg TV.jpg BOOKS.jpg
FORUM1.jpg SINGLES.jpg VIDEOS.jpg FANZINES.jpg RADIO.jpg MERCHANDISE.jpg


GIGOGRAPHY.jpg
198619871988198919901991199219931994199519961997199819992000200120022003200420052006200720082009201020112012201320142015201620172018201920202021202220232024

Twitter-icon.jpgFacebook-icon.jpgInstagram-icon.jpgThreads-icon.jpg

A Popband Like A Military Operation - Het Parool, 24th November 1994

From MSPpedia
Jump to: navigation, search
ARTICLES:1994



Title: A Popband Like A Military Operation
Publication: Het Parool
Date: Thursday 24th November 1994
Writer: Jerry Goossens



HetParool241194.jpg



Manic Street Preachers, the pop-art revolutionaries from Wales, stood at the edge of their grave a few months ago when guitarist Richey was admitted to hospital with serious psychological problems. Just when their CD The Holy Bible would come true. It seems that the tire has saved it, at the bottom of it. Bassist Nicky Wire: "It's terribly gone out of hand."Manic Street Preachers: Tonight in the Suede Program in Paradiso.

It seemed like a shocking publicity stunt: Richey, guitarist of the Manic Street Preachers, who in the presence of a journalist and photographer with a razor carved the slogan 'Real' in his arm to prove that his bond had to be taken seriously.

The picture of Richey's bleeding arm on the front page of New Musical Express was, for many, the convincing evidence that rock and roll was sick. Because if musicians go to self-mutilation to generate a little publicity, there's something very, very wrong. What would be the next step: amputation? Suicide?

A few years later, it is again a NME cover that proves that more is going on. Leaning against a gypsum garden ornament we see Richey, his left arm covered with numerous scars as a result of evenly self-inflicted burn and cuts. It's clear: not rock and roll, but Richey is sick. And not a little bit too. The guitarist was admitted to a hospital this summer and treated for alcoholism and eating disorders. Meanwhile he is on his feet again and healthy enough to act. But it is the Manic Street Preachers have become painfully clear in recent months that their survival has hardened on a silk thread. Bassist Nicky Wire: "If Richey did not get better, we'd gone apart. That's for sure."

The bassist sighs and hits his eyes. "Richey has always been so. He and I feel mostly writers. We have never been so interested in music, writing was always a priority. We saw ourselves as writers. We were never at ease when we were to stage a stage. Richey could only express his frustrations about it by opening himself. But it was terribly out of hand."

Once the two friends had become writer, just behind the word processor, without fierce lights, tearing guitars and shouting fans, they could have prevented a lot of bloodshed. But, Wire says, the writer never seriously considered them. "It just did not come to our attention that something like that was possible. Wherever we come from, pop and football have always been the classic escape routes. We were a group of four friends against the rest of the world. We had a pestle of most music of that time and wanted to make the British rock and roll more intelligent and rebellious. At the beginning, most people did not understand that; they thought we were no more than a bunch of stupid punks. While Richey and I have both studied."

Not yet four years ago Manic Street Preachers captured as the rescuers of the soaring English pop music. The four pale nuns from Wales presented themselves as noisy pop-art terrorists who wanted to bring the revolution to the man through catchy rock songs, brutal statements and, above all, a glamorous image. The Manics did not want to be a band, no, the Manics wanted to popularise the revolution. Nothing more and nothing less. However, it was often flirted with Soviet symbolism that the Red Morning Glory was nothing more than a part of the so important image. Nicky Wire: "That's not entirely true. I mean, the part of Wales where we come from has traditionally been quite socialist. It is a mining area with a militant trade tradition. We grew up with Marx and Lenin"

"Once I was old enough to understand something, I deepened myself into Marxism. Among other things, by The Clash, giving in their songs fingerprints in that direction. We also wanted that. But we soon became disillusioned because we realised that you could make people aware of certain things, but never cause a rebellion with your music. Moreover, the British Labour Party today is as socialist as the Conservatives. It has become a cowardly moderate party. There are no more political extremes except in the fascist corner, and that brings me a lot of concern."

The revolution may have disappeared from the agenda, the militant symbolism still forms an important part of the band's image. The four-piece is currently being shrouded in military uniforms, of which the Jamie Pants Crosser Jamie Potemkin Sunglasses Package is still the most visible. This is partly due to the socialist background of Manics, says Wire. The uniforms must give the band members the impression that they are part of a military operation. "When we started, we always wear the same clothes: white jeans and spray boots sprayed shirts. It gave us the idea that we formed a unit. After the previous CD we got the idea that we lost control of the tape. We did not know what direction we left.

Despite the military apparel, Wire claims that his group's image is no longer important. From now on, it's only the music that counts. "I have the idea that the new plate is strong enough to stand on its own. Our music no longer needs to be brought to the man like a can of Pepsi.

"Previous albums were really written for the purpose of breaking on radio and television. But that time is over. It does not matter if we turn MTV or not. Most of the bands you see there are clearly distinguished from the advertisements they broadcast. A Nike commercial or Stone Temple Pilots; It's all a pot wet. "


Manic Street Preachers, de pop-art revolutionairen uit Wales, stonden enkele maanden geleden aan de rand van hun graf toen gitarist Richey met ernstige psychische problemen in een ziekenhuis werd opgenomen. Juist op het moment dat hun cd The Holy Bible zou uitkomen. Het lijkt erop dat de band het gered heeft, zij het op het nippertje. Bassist Nicky Wire: 'Het is verschrikkelijk uit de hand gelopen.' Manic Street Preachers: vanavond in het voorprogramma van Suede in Paradiso.

Het leek een even schokkende als ziekmakende publiciteitsstunt: Richey, gitarist van de Manic Street Preachers, die in het bijzijn van een journalist en fotograaf met een scheermes de slogan '4 Real' (for real) in z'n arm kerfde, om aan te tonen dat zijn band wel degelijk serieus genomen diende te worden.

De foto van Richeys bloedende arm op de voorpagina van New Musical Express was voor velen het overtuigende bewijs dat rock en roll ziek was. Want als musici overgaan tot zelfmutilatie om maar een beetje publiciteit te genereren, is er iets heel, heel erg mis. Wat zou de volgende stap zijn: amputatie? Zelfmoord?

Enkele jaren later is het opnieuw een NME-cover die bewijst dat er meer aan de hand is. Leunend tegen een gipsen tuinornament zien we Richey, z'n linkerarm bedekt met talloze littekens ten gevolge van evenzovele zelf veroorzaakte brand- en snijwonden. Het is duidelijk: niet rock en roll, maar Richey is ziek. En niet zo'n klein beetje ook. De gitarist werd deze zomer in een ziekenhuis opgenomen en behandeld voor onder andere alcoholisme en eetstoornissen. Inmiddels is hij weer op de been en gezond genoeg om op te treden. Maar het is de Manic Street Preachers afgelopen maanden pijnlijk duidelijk geworden dat hun voortbestaan aan een zijden draadje heeft gehagen. Bassist Nicky Wire: ' Als Richey niet beter was geworden, waren we uit elkaar gegaan. Dat is zeker.'

De bassist zucht en slaat zijn ogen neer. 'Richey is altijd al zo geweest. Hij en ik voelen ons bovenal tekstschrijvers. We zijn nooit zo geinteresseerd geweest in het muzikantendom, het schrijven stond altijd voorop. We zagen onszelf als schrijvers. We waren dan ook nooit op ons gemak als we een podium opmoesten. Richey kon zijn frustraties daarover alleen maar uiten door zichzelf open te halen. Maar het is verschrikkelijk uit de hand gelopen.'

Als de twee vrienden schrijver waren geworden, gewoon, thuis achter de tekstverwerker, zonder felle lampen, scheurende gitaren en schreeuwende fans, hadden ze een hoop bloedvergieten kunnen voorkomen. Maar, zegt Wire, het schrijverschap hebben ze nooit serieus overwogen. 'Het kwam gewoon niet in ons op dat zoiets mogelijk was. Waar wij vandaan komen, zijn pop en voetbal altijd de klassieke ontsnappingsroutes geweest. We waren een groep van vier vrienden tegen de rest van de wereld. We hadden een pesthekel aan de meeste muziek van die tijd en wilden de Britse rock en roll weer wat intelligenter en opstandiger maken. In het begin begrepen de meeste mensen dat niet; ze dachten dat we niet meer waren dan een stelletje domme punks. Terwijl Richey en ik allebei gestudeerd hebben."

Nog geen vier jaar geleden werden Manic Street Preachers binnengehaald als de redders van de zieltogende Engelse popmuziek. De vier bleekneusjes uit Wales presenteerden zich als luidruchtige pop-art terroristen die de revolutie aan de man wilden brengen middels pakkende rocksongs, brutale statements en - vooral - een glamoureus imago. De Manics wilden niet zomaar een band zijn, nee, de Manics wilden de revolutie populariseren. Niets meer en niets minder. Het veelvuldig geflirt met Sovjet-symboliek deed echter vermoeden dat het Rode Ochtendgloren niets meer was dan een onderdeel van het zo belangrijke imago. Nicky Wire: 'Dat is niet helemaal waar. Ik bedoel, het gedeelte van Wales waar wij vandaan komen, is van oudsher behoorlijk socialistisch. Het is mijnbouwgebied met een militante vakbondstraditie. Wij groeiden op met Marx en Lenin, die voor ons dezelfde aantrekkingskracht hadden als welke popster dan ook.

'Toen ik eenmaal oud genoeg was om er iets van te begrijpen, heb ik mij in het marxisme verdiept. Onder andere door The Clash, die in hun liedjes vingerwijzingen in die richting gaven. Dat wilden wij ook. Maar we raakten als snel gedesillusioneerd, omdat we doorkregen dat je mensen wel bewust kan maken van bepaalde dingen, maar nooit een opstand kan veroorzaken met je muziek. Bovendien is de Britse Labour Party tegenwoordig net zo min socialistisch als de Conservatieven. Het is een laffe, gematigde partij geworden. Er zijn geen politieke extremen meer, behalve in de fascistische hoek, en dat baart me al helemaal zorgen.'

De revolutie mag dan van de agenda verdwenen zijn, de militante symboliek vormt nog steeds een belangrijk onderdeel van het imago van de band. Het viertal gaat tegenwoordig gehuld in militaire uniformen, waarvan het Pantserkruiser Potemkin-matrozenpakje van zanger James nog het meest in het oog springt. Dat heeft nog maar ten dele te maken met de socialistische achtergrond van de Manics, zegt Wire. De uniformen moeten de bandleden vooral de indruk geven dat ze deel uitmaken van een militaire operatie. 'Toen we begonnen, droegen we ook altijd dezelfde kleren: witte spijkerbroeken en met spuitbussen bespoten overhemden. Het gaf ons het idee dat we een eenheid vormden. Na de voorgaande cd kregen we het idee dat we de controle over de band verloren. We wisten niet meer welke richting we opgingen. Die uniformen staan dan ook voor de controle en discipline die we terug proberen te krijgen.'

Ondanks de militaire verkleedpartijen beweert Wire dat het imago van zijn groep niet langer belangrijk is. Vanaf nu moet het alleen de muziek zijn die telt. 'Ik heb het idee dat de nieuwe plaat sterk genoeg is om op eigen benen te staan. Onze muziek hoeft niet meer als een blikje Pepsi aan de man gebracht te worden.

'Voorgaande platen waren echt geschreven met als doel door te breken op radio en tv. Maar die tijd is voorbij. Het maakt me niet meer uit of we al dan niet op MTV worden gedraaid. De meeste bands die je daar ziet, zijn nauwelijk te onderscheiden van de reclames die ze uitzenden. Een Nike-commercial of Stone Temple Pilots; het is allemaal een pot nat.'